Veelgestelde vragen
Groen gas is opgenomen in het klimaatakkoord omdat het een klimaat neutrale energiebron is. Want hoewel er CO2 vrijkomt bij de verbranding van groen gas, leidt dit niet tot een verhoging van het CO2-gehalte in de atmosfeer. Dit komt doordat groen gas onderdeel is van de korte koolstofkringloop.
Biovergisting en korte koolstofkringloop
Biovergisting wordt gedaan met planten die groeien in één seizoen. Dit is dus een heel korte kringloop. De koolstof wordt in de vergister opgevangen in de vorm van methaan en daarvan wordt groen gas gemaakt. Het komt pas weer vrij wanneer het gebruikt wordt voor verwarming of verbranding.
Omdat deze koolstof hoe dan ook vrij was gekomen (het gaat om planten die sowieso maar één jaar leven) heeft dit geen negatief effect op de atmosfeer en daarmee ook niet op het klimaat. Groen gas is dus werkelijk een duurzame energiebron.
Als je het echt heel goed zou bekijken is groen gas een vorm van zonne-energie. Alleen wordt de energie van de zon eerst gebruikt door de plant om de CO2 uit de lucht te halen, en zit het daarna opgeslagen in de koolstofverbinding in de plant. Wij zorgen dat het wordt omgezet naar groen gas. Die zonne-energie komt weer vrij bij verbranding. De ideale energiebron dus.
Dit wordt ook gezegd van de verbranding van biomassa zoals bomen. Daar is veel om te doen. Het probleem daarmee is dat die bomen al vele decennia koolstof hebben opgeslagen. Als je dat verbrandt komt er dus koolstof van tientallen jaren geleden weer vrij. Dat levert dan toch nu een verhoging van de koolstof in de atmosfeer op. Daarom is groen gas niet gelijk aan verbranding van biomassa. Groen gas heeft écht geen impact op het klimaat.
Groen gas vanuit vergisting is werkelijk duurzaam en werkelijk klimaatneutraal.
In dit rapport van de WUR is dit onderwerp, evenals meer informatie over methaan, uitgebreid beschreven.
We willen samen van fossiele brandstoffen af. Dus ook van aardgas.
Maar groen gas is geen fossiele brandstof. Groen gas is werkelijk duurzaam is juist een onmisbare bron in de energietransitie. Dit wordt ook bevestigd door de overheid.
Er zijn een aantal redenen waarom we niet snel kunnen verduurzamen zonder groen gas:
- Oudere gebouwen kunnen niet zonder groen gas verwarmd worden. Ze zijn te moeilijk te verduurzamen om op elektriciteit over te stappen. Deze gebouwen kunnen wel verwarmd worden op groen gas;
- Het elektriciteitsnet is niet zwaar genoeg om ineens met alles over te stappen. Het gaat ook nog heel lang duren voordat het wel zwaar genoeg is. Groen gas is dan een duurzaam alternatief;
- Het gaat best een tijd duren voordat al het zware verkeer van vrachtwagens en schepen op batterijen kan overschakelen. In de tussentijd is groen gas het duurzame alternatief.
Er zijn een aantal redenen waarom groen gas altijd nodig zal zijn:
- Veel steden verduurzamen met behulp van een warmtenet. Die warmte moet wel voldoende beschikbaar zijn. Groen gas is één van de bronnen die daarvoor zal zorgen;
- Op dagen dat de zon niet voldoende schijnt voor zonnepanelen en de wind niet hard genoeg waait voor windmolens is groen gas de duurzame bron die makkelijk kan bijschakelen. Je kunt groen gas voor langere tijd opslaan en bewaren voor de grijze, windstille en koude dagen in de winter;
- Groen gas kan ook een duurzame bron zijn op plekken waar geen elektriciteitsnet ligt.
Groen gas zal dus tenminste voor vele decennia onmisbaar onderdeel zijn van de duurzame energiemix.
In Europa zijn er richtlijnen die aangeven welke materialen wel en niet in een biogasinstallatie mogen worden verwerkt. In Nederland zijn deze regels nog verder aangescherpt. Het type vergister dat je hebt, bepaalt ook welke regels van toepassing zijn. Er zijn grofweg drie typen vergisters: monovergisters, co-vergisters en allesvergisters. Voor elk type vergister gelden andere regels, die we hieronder voor je op een rijtje hebben gezet.
Monovergisters
Monovergisters verwerken slechts één materiaal, alleen mest óf alleen plantaardige producten.
Co-vergisters
In co-vergisters mag naast mest maximaal 50% aan andere organische stoffen worden toegevoegd. Welke materialen erin mogen, wordt bepaald door de zogenaamde “positieve lijst“. Dit is een lijst van organische grondstoffen die aan strenge eisen voldoen, waardoor het eindproduct van co-vergisters veilig kan worden gebruikt als meststof in de landbouw. Enkele voorbeelden van deze materialen zijn:
- sojahullen
- maisgluten
- sheanutmeel
- graanmix
- zonnebloemschroot
Allesvergisters
Zoals de naam al doet vermoeden, kunnen in allesvergisters alle materialen die geschikt zijn voor vergisting worden verwerkt, zoals rioolslib en slachtafval. Het eindproduct kan echter niet worden gebruikt als veilige meststof, omdat het mogelijk verontreinigd is met bijvoorbeeld medicijnresten en zware metalen. Daarom moet dit eindproduct als gewoon afval worden verwerkt.
Door het toevoegen van restproducten, is het mogelijk om een hogere biogasopbrengst te realiseren.
In de onderstaande tabel kun je de opbrengst van mest vergelijken met verschillende co-producten. Het verschil is aanzienlijk.
Deze hogere biogasopbrengst zorgt voor een efficiënter proces en geeft je als biogasproducent meer financiële zekerheid.
Verschil in dagverse mest en niet dagverse mest
Daarnaast is er ook nog een verschil in opbrengst tussen dagverse mest (of uurverse mest) en niet dagverse mest. Dagverse levert ongeveer 35 m³ biogas per ton input op, terwijl dit bij drijfmest daalt naar 20 m³ biogas per ton. Dat is een afname van 41%. Daarom gaat de voorkeur uit naar de vergisting van dagverse mest.
*Het omzetten van 1 m³ biogas resulteert in 0,65 m³ groen gas.
Dat zijn inderdaad de verhalen die het nieuws halen en helaas zijn er altijd bedrijven, in welke sector dan ook, die niet ethisch handelen. Gelukkig zijn deze praktijken door beter en intensiever toezicht flink afgenomen.
BioValue is een succesvol en winstgevend bedrijf met de verkoop van groen gas. Sjoemelen met grondstoffen zou dit juist in gevaar brengen:
- Er staan enorme boetes op en een persoonlijke aansprakelijkheid;
- Vergisting is een volledig natuurlijk biologisch proces, wij moeten dus heel zuinig zijn op de bacteriecultuur in onze vergisters om een hoog volume groen gas te kunnen produceren. Wij kunnen ons simpelweg geen troep veroorloven in de vergister;
- BioValue is gecertificeerd leverancier van groen gas. Daar hangen zeer strenge regelmatige controles aan vast;
- Ons digestaat wordt weer gebruikt in hoogwaardige land- en tuinbouw. We kunnen ons niet veroorloven dat afnemers geen vertrouwen meer in ons product hebben.
Wij zouden onszelf enorm in de vingers snijden wanneer we hier risico mee zouden nemen, terwijl we zonder te sjoemelen een fantastische toekomst hebben. Dus waarom zouden we?
Hoe vergelijk je biovergisting met windmolens of zonnepanelen?
Wij maken groen gas. Daar zit een hoeveelheid energie in. Die energie kun je vergelijken met de energie in groene stroom of winmolens. Als je dat doet dan kom je op een volgende rekensommetje.
Onze installaties leveren gemiddeld 8 miljoen kuub groen gas per jaar. Dat staat netto (als je de energie er vanaf haalt die je nodig hebt om het te maken) gelijk aan 72 gigawattuur aan elektrische energie per jaar.
Als je dit vergelijkt dan komt je op ongeveer 12 windmolens van 150 meter hoog.
Of je hebt daarvoor 70 hectare zonnepanelen nodig. Dat zijn … voetbalvelden vol met zonnepanelen!
Eisen co-producten
De co-producten moeten voldoen aan de eisen van Bijlage Aa, onderdeel IV van de uitvoeringsregeling meststoffenwet. De handhaving hiervan ligt bij de NVWA en de omgevingsdienst.
Better Biomass criteria voor duurzaamheid
Daarnaast moeten ze voldoen aan de criteria van Better Biomass. Het Better Biomass schema is door de Europese Commissie erkend als een vrijwillig schema dat voldoet aan de eisen van de Richtlijn Hernieuwbare Energie (ook wel bekend als de RED II) om aan te tonen dat de relevante duurzaamheidscriteria voor biomassa worden nageleefd. Het schema is ook goedgekeurd door de Minister van Economische Zaken en Klimaat als bewijs dat wordt voldaan aan de eisen in de “Regeling conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen.” De certificeringsregeling wordt uitgevoerd door het internationaal erkende ISCC.
Veilig gebruik van digestaat als meststof
Het restproduct uit de vergister, ook wel digestaat genoemd, mag alleen gebruikt worden als organische meststof als het 100% van organische oorsprong is. Indien dit niet het geval is, mag het niet als meststof worden gebruikt, omdat het dan in de voedselketen terecht kan komen. Hiervoor gelden nationale en Europese voorschriften. Bekijk de voorschriften.
Elke in- en uitgaande vracht mest (digestaat) wordt gewogen, bemonsterd door een onafhankelijke monsternemer en geanalyseerd door een geaccrediteerd laboratorium. De NVWA en de omgevingsdienst zijn verantwoordelijk voor de inspectie en handhaving hiervan.
We willen inderdaad van het gebruik van fossiel aardgas af, omdat dat het gebruik daarvan bijdraagt aan de toename van broeikasgassen in de atmosfeer. Groen gas is daarentegen net zo duurzaam als groene stroom die wordt opgewekt door middel zonnepanelen of windmolens.
Het is echter niet realistisch om te verwachten dat groen gas alle fossiele aardgas zal vervangen. Het zal voornamelijk worden gebruikt in sectoren, bedrijven en gebouwen die niet snel van aardgas af kunnen stappen. Het is daarom een essentieel onderdeel van de energietransitie, in combinatie met het afbouwen van het gebruik van fossiel aardgas waar mogelijk.
Nee, bij veel van onze installaties maken we geen gebruik van subsidies.
Bij de productie van groen gas wordt ongeveer 8% van de opgewekte energie gebruikt om het proces draaiende te houden. Voornamelijk gaat het hierbij om het verwarmen van de silo’s in de winter en het zuiveren van het gas tot aardgaskwaliteit.
Dat betekent dat nog steeds 92% van de opgewekte energie overblijft als resultaat. De cijfers die wij naar buiten communiceren zijn vrijwel altijd de netto cijfers waarbij het energieverbruik al is meegenomen.
Biogasinstallaties brengen, net als andere sectoren, risico’s met zich mee voor werknemers en voor de omgeving, zoals geur-, geluids-, veiligheids- en milieurisico’s. Om deze risico’s te beperken, is het de verantwoordelijkheid van de biogasproducent om verschillende voorschriften en protocollen te hanteren, eventueel aangevuld met niet-verplichte certificering. De voorschriften worden, afhankelijk van de grootte van de installatie, vastgelegd in vergunningen en voorschriften.
Veiligheidsvoorschriften voor mens en milieu.
Om ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk risico’s zijn voor werknemers en de omgeving, worden er verschillende veiligheidsmaatregelen genomen. Eén van deze maatregelen is de Quantitative Risk Analysis (QRA), waarbij alle risico’s van het productieproces worden bekeken en beoordeeld. Hierdoor wordt de kans op ongelukken zo klein mogelijk gemaakt.
Ook zijn biogasbedrijven verplicht om een Explosieveiligheidsdocument (EVD) op te stellen volgens het “Arbeidsomstandighedenbesluit”. Dit document bevat informatie over explosierisico’s, veilige werkplekken, persoonlijke beschermingsmiddelen, ATEX-zonesindeling en maatregelen om explosies te voorkomen en schade te beperken. Artikel 3.5 beschrijft welke apparatuur in een ATEX-zone mag worden gebruikt en aan welke eisen deze moet voldoen.
De omgevingsdiensten, veiligheidsregio en arbeidsinspectie houden toezicht op deze regels. Voor meer informatie over explosieveiligheid, kun je terecht op de website van de overheid: https://www.arboportaal.nl/onderwerpen/explosieveiligheid-atex.